De keuze van prinses Amalia om zo’n 1,5 miljoen euro van de ruim 1,8 miljoen euro die ze als troonopvolgster als staatstoelage krijgt vanaf volgend jaar niet meer te gaan terugstorten in de staatskas, stuit op onbegrip bij heel wat Nederlanders.
Bij haar achttiende verjaardag had ze immers nog aangegeven de hele toelage te zullen terugstorten zolang ze nog studeert en ze dus zo goed als geen koninklijke taken kan uitvoeren. Vooral het feit dat ze in de brief omtrent haar beslissing aan minister-president Mark Rutte stelt dat ze het geld nodig heeft om in een eigen woon- en werkverblijf te kunnen voorzien stuit op kritiek.
Als troonopvolgster wordt aan Amalia, desgewenst, immers een paleis ter beschikking gesteld. De lasten hiervan zijn overeenkomstig de bepalingen uit het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden voor rekening van de staat, zo weet Party. Het lijkt er dus op dat de prinses niet helemaal transparant geweest is over de reden waarom ze plots zoveel geld nodig heeft.